Proefschrift

135 je leert om niet te reageren van: oh, daar ben ik het niet mee eens. Maar in plaats daarvan een vraag stellen. Dat is een goede manier van met elkaar in gesprek gaan. SELECTIE UIT LEERLINGENINTERVIEW Bij de kunstvakken mag je heel erg je eigen ding doen. Bij drama mag je je eigen scènes bedenken, bij film mag je zelf je filmpjes maken. Je krijgt wel een beetje richtlijnen, maar niet heel erg. En bij een vak zoals wiskunde heb je echt gewoon regels, en pas je die regels toe. En bij filosofie zit het er een beetje tussenin, omdat je wel bijvoorbeeld soms via een richtlijn moet denken, of volgens bepaalde filosofen. Maar dan pas je het toe op je eigen mening. Ik kan bij wiskunde, kan ik niet mijn eigen mening geven. Ik kan niet denken: oh, ik denk dat het zo moet, want dan heb ik het fout. Maar bij filosofie kan ik dat wel doen, en wel met behulp van die richtlijnen. (…) Dat is eigenlijk hetzelfde bij drama, want je hebt ook bijvoorbeeld producenten, of toneelmakers. Maar bij filosofie denk je meer na over het leven en dat soort dingen, en daarom is dat toch wel veel meer je eigen mening. En daarom vind ik dat het tussen een kunstvak en echt zo’n exact vak in zit. Zij is ook een docent waarbij ik alles gewoon begrijp. En ik heb ook heel erg het gevoel bij haar dat ze heel zeker is van haar zaak, dat ze altijd weet waar ze het over heeft. Wat ik ook wel merk is dat ze probeert een beetje op ons level te komen. Ik vind filosofie als vak wel heel leuk, het is wat vrijer, of zo. En ik vind vooral essays schrijven heel leuk. Ik denk dat het handige vaardigheden meebrengt, het is handig als je wat beter je mening kan beargumenteren. (…) Misschien omdat het wat losser is, of wat minder echt uit een boek. Niet van: nu gaan we paragraaf 3.3 doen en volgende week 3.4.

RkJQdWJsaXNoZXIy MjY0ODMw