146 houding zou in alle vakken naar voren moeten komen. Wetenschap is niet een schap met weetjes, maar een activiteit waarin je voortdurend aan het zoeken bent. Filosofie is datgene wat vooraf zou moeten gaan aan alle schoolvakken: het opwekken van interesse en nieuwsgierigheid, het stellen van vragen. Het is steeds zoeken naar het gulden midden tussen dogmatisme enerzijds en relativisme anderzijds. Beide extremen maken filosofie onmogelijk. Het dogmatische is: ‘Het is zo en niet anders’. Het relativistische is: ‘Prima, dat is jouw mening’. In beide gevallen houdt het gesprek op. Maar we kunnen proberen elkaars standpunten en argumenten te begrijpen, we kunnen contact maken met die ander. Daarom leggen we bij ons op school de nadruk op het samen leren denken. Ik denk dat je als docent meerdere rollen hebt. Soms ben ik informatieverstrekker, soms een gesprekspartner, soms een socratische vroedvrouw, en soms ben ik ook een dominee, die moraliseert en zegt: dit is verkeerd. Wel een dominee waar ruimte is om tegenin te gaan. Maar er zijn bepaalde grenzen. Er zijn regels van hoe we met elkaar omgaan in de klas. Dat je niet zegt: wat een bullshit als iemand wat gezegd heeft. En sommige manieren van denken vind ik verkeerd, en dan leg ik uit waarom. Als leerlingen zelfmoord zien als een vrije keuze, op dezelfde manier of je een chocolade of vanille-ijsje kiest, dan leg ik uit dat ik dat een kwalijke manier van denken vind. En dat geldt ook voor dat relativisme, als gezegd wordt: ‘alles is subjectief’, ook dat pak ik aan. Filosofie is niet alleen een kwestie van het hoofd, van ‘O ja, zo kun je er ook over denken’. Ze moeten eigenlijk bij elke theorie denken: ‘Maar dit gaat over mij: wij zijn die gevangenen in die grot!’ Ik probeer het emotioneel invoelbaar te maken. Jouw leven, jouw identiteit, jouw denkbeelden staan allemaal op het spel. Dat maakt het tot iets compleet anders naar mijn idee dan andere vakken want daar lijkt niet zoveel op het spel te staan. Je leert bij filosofie niet voor de school, maar voor het leven. Je leert niet voor een toets, maar omdat je wil weten hoe je ergens over moet denken. Mensen verlangen van nature naar kennis, al wordt dit verlangen in de huidige schoolcultuur helaas gefrustreerd, doordat beloningen in de vorm van cijfers en diploma’s als belangrijker worden voorgesteld dan de intrinsieke waarde van kennis en leren. Ik gebruik het onderwijsleergesprek het meest omdat ik het ontzettend leuk vind om met die leerlingen in gesprek te zijn, om te horen wat ze denken, om ze uit te dagen. Ik kan mijn enthousiasme daarin aan de leerlingen overbrengen, zowel door uit te leggen, als door vragen te stellen. Die gesprekken improviseer ik grotendeels op basis van ervaring. Als in het onderwijs de spontaniteit weg is, en niets aan het toeval wordt overgelaten, alles wordt gecontroleerd, als het een soort machine is, dat vind ik verschrikkelijk. Het is zo belangrijk om te kunnen inspelen op wat er op
RkJQdWJsaXNoZXIy MjY0ODMw