Proefschrift

150 D Dan zeg ik, ja oké: jij vindt het niet goed. Dat is jouw mening. Maar mijn mening is dat het wel goed is om een telefoon te stelen. Want: dat is mijn mening. J3 Maar kan je dan niet zeggen: feitelijk gezien… D Wat zou jij dan zeggen? J3 Is dat niet zo. D Want… J3 Want mijn mening is dat het niet goed is? D Ja en dan zeg ik: jij hebt jouw mening en ik heb mijn mening en we zullen nooit weten wie er gelijk heeft. Wat wil ik hier mee duidelijk maken? Wie begrijpt het? Niemand? J4 Door jouw voorbeeld met de aarde snap ik het. Mensen kunnen van mening verschillend of de aarde rond is of vierkant. Maar het is gewoon een feit dat de aarde rond is. D Maar zo heb je ook het voorbeeld van de telefoon. J3 Want is het toch een feit: je mag niet stelen van de overheid. Dat is een wet. D Dan kan ik zeggen: wie zegt dat het goed is om je aan de wetten te houden van de overheid? Dus het is heel lastig om te discussiëren met een relativist. Want een relativist kan altijd zeggen: dat is jouw mening. Nu gaan we het even afronden. Wat vinden jullie van het relativisme als filosofische positie? Wie denkt hier: ja, ik ben een relativist? Steek je vinger maar op. Een, twee… Terugblik docent: Hier komt langzaam het plan in me op om dat standpuntendebat te gaan doen. Omdat dat een activerende werkvorm daarbij is. En ik had het idee: ik moet nu niet nog meer stof gaan behandelen, ze moesten eigenlijk een beetje oefenen met wat ik had gezegd. (…) Bij het gewone debat krijgen ze een stelling toebedeeld die ze moeten verdedigen of aanvallen. Bij het standpuntendebat moeten ze hun eigen standpunt innemen en daar gaan staan, links of rechts in de klas. Dan creëer je meer ruimte voor reflectie over: wat is dan mijn eigen mening en wat zijn dan de belangrijkste argumenten voor mij om een bepaald standpunt in te nemen. Het gewone debat is meer gericht op winnen, het is competitief, het gaat vaak te snel, dan denken ze niet goed na, dat is een nadeel. Maar het voordeel daarvan is wel dat ze ook moeten nadenken over standpunten die niet die van hun zijn en dat ze ook moeten denken over argumenten daarvoor. (…) Ik vind dat de leerlingen het op deze school over veel dingen wel met elkaar eens zijn. Dus als je eens een ander standpunt wil horen, is dat format beter.

RkJQdWJsaXNoZXIy MjY0ODMw