164 vakinhoudelijke kennis als op het leren van filosofische vaardigheden en een filosofische houding. Verschillen in opvattingen zitten in de nadruk die op filosofie leren of leren filosoferen worden gelegd, en waarmee wordt begonnen. Drie van de acht docenten leggen de meeste nadruk op het samen denken in de klas, en beginnen het vaakst aan de kant van leren filosoferen. Uitgangspunt van die positie is dat iedereen meteen mee kan doen met het denken over filosofische vragen en dat leerlingen eerst zelf moeten nadenken over filosofische vragen voordat ze de antwoorden op die vragen van filosofen krijgen. Drie docenten nemen een middenpositie in, maar beginnen wel vaker aan de kant van het filosofie leren. De twee docenten die de nadruk het meest leggen op filosofie leren en meestal aan die kant beginnen geven als belangrijkste argument dat leerlingen eerst begrippen en theorie nodig hebben als gereedschap om vervolgens ergens zelf over na te kunnen denken. Kennis van filosofische begrippen wordt door hen gezien als een voorwaarde om zelf te kunnen denken. Het onderwijsleergesprek waarin een begrip of theorie in de klas wordt besproken wordt vaak genoemd als een manier waarop filosofie leren en leren filosoferen door elkaar heen lopen in de les, omdat leerlingen in zo’n gesprek zowel nieuwe filosofische kennis opdoen als de ruimte krijgen om daar zelf over na te denken. Opvattingen over het socratisch gesprek lopen parallel aan de opvattingen over filosofie leren versus leren filosoferen. De docenten die het socratisch gesprek veel gebruiken in hun lessen en dit als een typisch filosofische werkvorm zien, zijn dezelfde docenten die in hun lessen vaak beginnen met filosoferen en hier de meeste nadruk op leggen. Docenten die weinig uitgesproken zijn over het socratisch gesprek, zijn de docenten die ook een middenpositie innemen tussen filosofie leren en leren filosoferen. De docenten die het minst enthousiast zijn over het socratisch gesprek beginnen hun lessen meestal aan de kant van filosofie leren. Bovendien hebben zij een andere opvatting over wat het socratisch gesprek is dan de gangbare opvatting. Bij de opvattingen over het lezen van primaire teksten valt op dat docenten die hier veel belang aan hechten dit vanuit beide kanten beargumenteren. Het lezen van primaire teksten wordt door de docenten zowel opgevat als een manier van filosofie leren (de theorie uit de eerste hand lezen) als van leren filosoferen (het interpreteren van de tekst als manier om zelf aan het denken gezet te worden). Docenten die minder enthousiast zijn over het lezen van primaire teksten benadrukken vooral de moeilijkheid ervan. Die worsteling met de tekst is volgens anderen juist een belangrijk aspect van de vormende waarde van primaire teksten.
RkJQdWJsaXNoZXIy MjY0ODMw