186 verkeerd, en dan leg ik uit waarom. Als leerlingen zelfmoord zien als een vrije keuze, op dezelfde manier of je een chocolade of vanille-ijsje kiest, dan leg ik uit dat ik dat een kwalijke manier van denken vind.’ Volgens Bert is het een illusie om te denken dat je neutraal kunt lesgeven en is dat ook niet iets wat je moet nastreven: ‘Het is niet dat ik zeg wat ze moeten denken, maar ik laat wel heel duidelijk zien wat ik ervan denk. En in die zin leef ik het ook voor. Ik laat ook zien dat ik waarde hecht aan bepaalde dingen en aan andere dingen niet.’ Als voorbeeld geeft Bert een gesprek over homeopathie: ‘Dat vind ik echt pure onzin en dat weet iedereen ook van mij. Maar hun profielwerkstuk ging over hoe je dat nou filosofisch zou kunnen onderbouwen dat dat wel een rol speelt bij het genezingsproces. Nou, daar kun je dan over praten. Het is niet gezegd dat mijn standpunt ook heel directief is ten opzichte van de standpunten van de leerlingen. Dus dat bouw ik er altijd wel in.’ Ook Desiree benadrukt dat het belangrijkste is dat leerlingen de ruimte hebben om tegen het standpunt van de docent in te gaan. Ze geeft als voorbeeld een gesprek over gedetineerden die in Amerika niet mogen stemmen. Zij kon haar eigen standpunt hierover niet verbergen, maar liet duidelijk merken het tegenargument van een leerling te waarderen. Daarmee kan je als docent het goede voorbeeld geven: door te laten zien dat je wel een standpunt kan hebben, maar dan nog steeds open kan staan voor andere standpunten en moeite doet om die te begrijpen. Persoonlijke ervaringen delen Een aspect dat zowel bij Harm als bij Desiree naar voren komt is het delen van eigen ervaringen, om leerlingen uit te nodigen hetzelfde te doen. Bij Harm komt dit naar voren in de les over lichaam-geest: daar vertelt hij dat hij zelf ook gelovig is opgevoed om het standpunt van de leerling te ondersteunen die naar eigen zeggen als enige in de klas gelovig is. Harm: ‘Dan laat ik iets van mezelf zien wat veilig is om te delen, zodat ik anderen uitnodig dat ook te doen.’ In de les over emotietheorie geeft Desiree als voorbeeld dat ze schrikt van muizen. Daar zegt ze na afloop over: ‘Ze vinden het ook fijn om te weten dat jij ook een normaal mens bent die schrikt van muizen, of wat dan ook. Voor die band. Zij willen zich gezien weten en dat durven ze denk ik beter als je laat zien dat jij zelf ook een mens bent.’ Dat komt nog nadrukkelijker naar voren in de les waarin ze vertelt over haar moeder die overleden is. Meteen daarna deelt een leerling in de klas ook iets persoonlijks. Desiree zegt daarover: ‘Je voelt wel meteen dat er iets verandert in de klas. Het is denk ik wel belangrijk dat ik ook dit soort voorbeelden laat zien. (...) En is het wel grappig dat het dan meteen gebeurt, dat een leerling dan ook zelf iets gaat delen.’
RkJQdWJsaXNoZXIy MjY0ODMw